Terug
Gepubliceerd op 22/12/2025

2025_GR_00236 - Belastingen - Belastingreglement op masten en pylonen - Aanslagjaren 2026 - Goedkeuring

Gemeenteraad
ma 15/12/2025 - 20:00 raadzaal gemeentehuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Jurgen Callaerts, burgemeester; Geert Antonio, schepen; An Van Dessel, schepen; Els Devlies, schepen; Kenneth Heylen, schepen; Christine Jacobs, voorzitter BCSD - schepen; Margo Hiel, raadslid N-VA; Annelies Kerckhofs, raadslid N-VA; Sara Emmen, raadslid N-VA; Dieter Wijckmans, raadslid N-VA; Jarrik Peeters, raadslid Vooruit; Bart Peeters, raadslid Vooruit; Peter Calluy, raadslid Vooruit; Raf De Schepper, raadslid Lokaal2840; Wendy Weckhuysen, raadslid Lokaal2840; Geert Van der Auwera, raadslid Lokaal2840; Marleen De Bruyn, raadslid Lokaal2840; Luc Callaerts, raadslid Lokaal2840; Marianne Van Hoof, raadslid Lokaal2840; Marc Leemans, raadslid Lokaal2840; Bart Claes, raadslid Vlaams Belang; Chris Van Geem, raadslid Vlaams Belang; Inge Van Cuyck, raadslid Vlaams Belang; Marc Verrept, raadslid Vlaams Belang; Wouter De Smedt, secretaris; Benjamin De Roeck, voorzitter gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn

Secretaris

Wouter De Smedt, secretaris

Voorzitter

Benjamin De Roeck, voorzitter gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn

Stemming op het agendapunt

2025_GR_00236 - Belastingen - Belastingreglement op masten en pylonen - Aanslagjaren 2026 - Goedkeuring

Aanwezig

Jurgen Callaerts, Geert Antonio, An Van Dessel, Els Devlies, Kenneth Heylen, Christine Jacobs, Margo Hiel, Annelies Kerckhofs, Sara Emmen, Dieter Wijckmans, Jarrik Peeters, Bart Peeters, Peter Calluy, Raf De Schepper, Wendy Weckhuysen, Geert Van der Auwera, Marleen De Bruyn, Luc Callaerts, Marianne Van Hoof, Marc Leemans, Bart Claes, Chris Van Geem, Inge Van Cuyck, Marc Verrept, Wouter De Smedt, Benjamin De Roeck
Stemmen voor 18
Geert Antonio, Jurgen Callaerts, Christine Jacobs, Jarrik Peeters, Marc Verrept, Dieter Wijckmans, Els Devlies, Kenneth Heylen, Bart Peeters, An Van Dessel, Annelies Kerckhofs, Bart Claes, Chris Van Geem, Inge Van Cuyck, Margo Hiel, Peter Calluy, Sara Emmen, Benjamin De Roeck
Stemmen tegen 0
Onthoudingen 7
Wendy Weckhuysen, Geert Van der Auwera, Marleen De Bruyn, Raf De Schepper, Luc Callaerts, Marc Leemans, Marianne Van Hoof
Blanco stemmen 0
Ongeldige stemmen 0
2025_GR_00236 - Belastingen - Belastingreglement op masten en pylonen - Aanslagjaren 2026 - Goedkeuring 2025_GR_00236 - Belastingen - Belastingreglement op masten en pylonen - Aanslagjaren 2026 - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Het belastingreglement op masten en pylonen loopt ten einde op 31 december 2025 en dient vernieuwd te worden. Volgende zaken werden hierbij aangepast:

  • De tarieven werden omwille van het ontradend effect herbekeken. Dit heeft geleid tot een verhoging van de tarieven.
  • Er werd voorzien in een automatische indexatie van de tarieven.
  • De belastingverhoging bij ambtshalve vestiging werd in lijn gebracht met toegepaste verhogingen in het kader van de belasting op bedrijfsvestigingen

De vrijstelling voor constructies voor de productie van groene stroom blijft behouden gelet op de engagementen van de gemeente in het kader van LEKP 1.0.

Argumentatie

Gelet op de financiële toestand van het lokaal bestuur en de wettelijke verplichting om een financieel evenwicht te handhaven;

Overwegende dat het aangewezen is om de aanwezigheid van masten en pylonen op het grondgebied van de gemeente te beperken, ter vrijwaring van de aantrekkingskracht van de gemeente als woonomgeving en toeristische bestemming en wegens de visuele vervuiling, de landschapsverstoring, en het doorbreken van de vrije open ruimte.

Overwegende dat het landschapsverstorend karakter van masten en pylonen dienstig om groene energie te produceren evenwel voldoende gecompenseerd wordt door het maatschappelijk belang, zodat hiervoor vrijstelling kan verleend worden;

Overwegende dat het landschapsverstorend karakter van masten en pylonen die dienen voor louter recreatief gebruik en voor openbare hulpverlenings- en veiligheidsdiensten die primaire overheidstaken uitoefenen, voldoende gecompenseerd wordt door het maatschappelijk belang zodat hiervoor vrijstelling kan verleend worden;

Gelet op deze doelstellingen is het dan objectief en redelijk verantwoord om enkel de masten en pylonen met een hoogte van minimaal 20 meter te belasten gezien de hoogte een doorslaggevende invloed heeft op het storend karakter van een mast en/of pyloon.

Juridische grond

De artikelen 41, 162 en 170, §4 van de Grondwet;

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, en meer bepaald de artikelen 2, 40, 41, 252, 286 t.e.m. 287 en 326 t.e.m. 335, inclusief latere wijzigingen;

Het Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, en latere wijzigingen;

Besluit

De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

Er wordt met ingang van 1 januari 2026 en eindigend op 31 december 2026 ten behoeve van de gemeente, een jaarlijkse belasting geheven op masten en pylonen met een hoogte van minimaal 20 meter boven het maaiveld, die zich op 1 januari van het aanslagjaar op het grondgebied van de gemeente bevinden.

Artikel 2

Voor de toepassing van dit reglement wordt het volgende verstaan onder:

mast: een verticale structuur die op een dak of een andere bestaande constructie is geplaatst en waarbij de hoogte van constructie en mast samen minstens 20 meter bedraagt en die hoofdzakelijk dient als draagstructuur voor enigerlei installatie of functie, zoals bijvoorbeeld lichtinstallaties, geluidsinstallaties, zendinstallaties, ontvangstinstallaties, installaties voor de productie van elektriciteit of middel voor het transport van elektriciteit.

pyloon: een individuele verticale constructie opgericht op het niveau van het maaiveld en met een hoogte van minstens 20 meter boven het maaiveld en die hoofdzakelijk dient als draagstructuur voor enigerlei installatie of functie, zoals bijvoorbeeld lichtinstallaties, geluidsinstallaties, zendinstallaties, ontvangstinstallaties, installaties voor de productie van elektriciteit of middel voor het transport van elektriciteit.

Artikel 3

De belastingplichtigen zijn de natuurlijke personen of rechtspersonen die op 1 januari van het aanslagjaar eigenaar zijn van de mast of pyloon.

Artikel 4

De jaarlijkse belasting bedraagt 5.000 euro per mast of pyloon. De belasting is verschuldigd voor elke mast of pyloon die op 1 januari van het aanslagjaar is opgericht in de gemeente, en is ondeelbaar voor het hele aanslagjaar verschuldigd.

Artikel 5

De tarieven vermeld in art. 4 worden jaarlijks aangepast aan de consumptieprijsindex (basis 2013). Ze worden op 1 januari van ieder jaar aangepast aan de index van de maand september van het voorgaande jaar volgens de formule : (R x I)/i waarbij :

  • R = tarief zoals vastgesteld in artikel 4
  • I = index van de maand september van het voorgaande jaar
  • i = index van de maand september 2025 (basis 2013)

Het geïndexeerde bedrag kan nooit lager zijn dan het tarief zoals bepaald in art. 4.

Alle geïndexeerde bedragen worden naar beneden afgerond naar een veelvoud van 1 euro.

Artikel 6

Zijn van de belasting vrijgesteld:

  •  Constructies voor de productie van windenergie of andere vormen van groene stroom.

Artikel 7

De belastingplichtige moet jaarlijks ten laatste op 15 april van het aanslagjaar een aangifte indienen bij de gemeente. Valt de uiterste indieningsdatum op een zaterdag, zondag of een feestdag, dan wordt de vervaldag naar de eerstvolgende werkdag verplaatst.

De aangifte wordt ingediend bij het gemeentebestuur door een papieren aangifte op het adres Koningin Astridplein 12, 2840 Rumst of door een digitale aangifte via het mailadres belastingen@rumst.be.

De aangifte dient over de volgende gegevens te beschikken:

  • naam, adres en rijksregisternummer of ondernemings- of vestigingsnummer van de belastingplichtige;
  • aantal masten en pylonen
  • coördinaten van de masten en pylonen

Artikel 8

§1. Bij gebrek aan aangifte, bij niet-tijdige of onnauwkeurige of onjuiste aangifte door de belastingplichtigen wordt de aanslag van ambtswege door de gemeente gevestigd op grond van de beschikbare gegevens en op de wijze bepaald in artikel 7 het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van gemeentebelastingen.

De ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd zoals in §2 van dit artikel bepaald. Het bedrag van de verhoging wordt gelijktijdig en samen met de ambtshalve belasting ingekohierd.

§2. Bij een eerste overtreding zal op de ambtshalve ingekohierde belasting een belastingverhoging worden toegepast van 10 % en afzonderlijk in het kohier en op het aanslagbiljet worden vermeld.

Bij volgende overtredingen zal, onafgezien van het feit of deze overtredingen plaats hebben binnen eenzelfde aanslagjaar, een verhoging van 40 %, 70 % en 100 % worden toegepast op het niet aangegeven gedeelte bij respectievelijk een tweede, derde, en vierde overtreding. Vanaf de vijfde overtreding zal de verhoging 200 % bedragen.

Voor de vaststelling van het toe te passen percentage van de belastingverhoging worden de vorige overtredingen niet in aanmerking genomen, wanneer geen overtredingen werden vastgesteld voor de laatste twee aanslagjaren die het aanslagjaar voorafgaan waarin de nieuwe overtreding wordt vastgesteld.

Artikel 9

De belasting wordt door middel van een kohier ingevorderd. Het kohier wordt opgemaakt en uitvoerbaar verklaard door het college van burgemeester en schepenen.

Artikel 10

De vestiging en invordering van de belasting evenals de regeling van de geschillen ter zake gebeurt volgens de modaliteiten vervat in het gelijknamige decreet van 30 mei 2008.

De belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger kan tegen de belastingaanslag of de belastingverhoging (in voorkomend geval) bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de contante inning.

Artikel 11

Dit reglement wordt afgekondigd en bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286 tot en met 288 van het Decreet Lokaal Bestuur en het wordt gepubliceerd op de gemeentelijke webtoepassing, met vermelding van zowel de datum waarop het werd aangenomen als de datum waarop het op de webtoepassing bekendgemaakt werd.

De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking van het reglement op de webtoepassing van de gemeente.