Tijdens de tweede helft van de maand juli 2020 werd vastgesteld dat het aantal nieuwe besmettingen met het coronavirus Covid-19 opnieuw in stijgende lijn ging.
Uit de cijfers bleek dat de situatie in de Provincie Antwerpen en meer bepaald in de stad Antwerpen en ten zuiden van Antwerpen zeer ernstig was.
Het ministerieel besluit van 24 juli 2020 houdende wijziging van het ministerieel besluit van 30 juni 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken voorziet in de mogelijkheid dat de burgemeester aanvullende preventieve maatregelen kan nemen bovenop de maatregelen van een hogere overheid om de verspreiding van het coronavirus Covid-19 op zijn/haar grondgebied tegen te gaan.
Naar aanleiding van het aantal nieuwe besmettingen in de Rupelgemeenten en Aartselaar werd tijdens het intergemeentelijk veiligheidsoverleg afgesproken om het dragen van een mondmasker in de openbare ruimte te verplichten.
De verplichting tot het dragen van een mondmasker in de openbare ruimte werd ingevoerd bij besluit van de burgemeester van 24 juli 2020.
Gelet op de evolutie van de besmettingscijfers in gans de provincie Antwerpen besliste de gouverneur bij Politieverordening van 29 juli 2020 het dragen van een mondmasker in de openbare ruimte op het ganse grondgebied van de provincie te verplichten.
Het toepassingsgebied van voormelde Politieverordening was ruimer dan het toepassingsgebied van het Burgemeestersbesluit dd. 24 juli 2020 vermits de verordening in een beperkter aantal uitzonderingen voorziet.
Vermits de bepalingen rond het dragen van de mondmaskerplicht voorzien in voormelde Politieverordening primeren op de bepalingen in het Burgemeestersbesluit werd het besluit van de burgemeester van 24 juli 2020 bij besluit van 29 juli 2020 opgeheven.
Het besluit van 24 juli 2020 dient om deze reden niet meer bekrachtigd te worden.
De gemeenteraad neemt kennis van dit besluit.
- het ministerieel besluit van 24 juli 2020 houdende wijziging van het ministerieel besluit van 30 juni 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken;
- artikel 133 van de Nieuwe Gemeentewet, dat stelt dat de burgemeester de verantwoordelijke overheid is inzake de bestuurlijke politie op het grondgebied van de gemeente.
- artikel 134 van de Nieuwe Gemeentewet:
“In geval van oproer, kwaadwillige samenscholing, ernstige stoornis van de openbare rust of andere onvoorziene gebeurtenissen, waarbij het geringste uitstel gevaar of schade zou kunnen opleveren voor de inwoners, kan de burgemeester politieverordeningen maken, onder verplichting om daarvan onverwijld aan de gemeenteraad kennis te geven, met opgave van de redenen waarom hij heeft gemeend zich niet tot de raad te moeten wende. Die verordeningen vervallen dadelijk, indien zij door de raad in de eerstvolgende vergadering niet worden bekrachtigd.
Het College beslist om het besluit van de burgemeester van 24 juli 2020 houdende het invoeren van een bijkomende maatregel om de verspreiding van het Coronavirus Covid-19 te beperken op grondgebied van de gemeente Rumst: verplichting tot het dragen van een mondmasker in de openbare ruimte op grondgebied van de gemeente Rumst ter kennisname voor te leggen aan de gemeenteraad.
De gemeenteraad neemt kennis van het besluit van de burgemeester van 24 juli 2020 houdende het invoeren van een bijkomende maatregel om de verspreiding van het Coronavirus Covid-19 te beperken op grondgebied van de gemeente Rumst: verplichting tot het dragen van een mondmasker in de openbare ruimte op grondgebied van de gemeente Rumst.