Volgens de timing rond het dossier complexe projecten ons voorgelegd in september 2016 zou vandaag ( gemeenteraad van februari 2018) de finale beslissing rond het tracé voor de ontsluitingsweg Rumst centrum op de agenda van de gemeenteraad moeten staan.
Het is nu meer dan een jaar stil gebleven rond dit dossier hoewel de planning er anders uitzag.
In juni 2017 zou ons een synthesenota worden voorgelegd waarbij we de resultaten zouden krijgen van de vergelijkingen van alle redelijke alternatieven. Onze fractie heeft hierover een paar keer vragen gesteld op de gemeenteraad, maar volgens de schepen zou een uitgebreid MER meer tijd vragen en het rapport zou ons in september 2017, dan weer november 2017 worden voorgelegd.
In het collegeverslag van 18 december 2017 lezen we dat er nog onvoldoende informatie is om een gedragen voorontwerp voorkeurbesluit op te maken. Maar toch lezen we in datzelfde collegepunt dat men kan vaststellen dat twee oplossingspistes “bovendrijven” als goede kanshebbers. En daarom wordt er besloten om extra tussenstappen in te lassen voor nog meer informatie en een stakeholderparticipatie. Een nieuwe tijdslijn wordt vastgelegd die vooral spreekt van initiatieven in december, januari en maart. We zijn inmiddels eind februari.
Wij vragen ons af wat de echte redenen zijn van deze opmerkelijke vertraging.
Daarom graag antwoord op volgende vragen:
Waarop baseert men zich om te schrijven dat er een “onderbouwing bestaat voor de stelling dat alternatieven 2E en 7/8 twee oplossingspistes zijn die komen bovendrijven als goede kanshebbers”?
Is er inmiddels nog overleg geweest met betrokken partners of met groepen of personen die ideeën en opmerkingen hebben ingediend?
Welke inspraak stappen worden nog voorzien ?
Welke instanties / bestuursniveaus zijn momenteel verantwoordelijk ?
Wat is de echte timing van dit dossier ? Wanneer valt de beslissing over het voorkeurstracé?
Er wordt volgend antwoord gegeven:
Schepen Wendy Weckhuysen stelt, aansluitend op haar antwoord aan raadslid André Gielis, dat de tracés vermeld in het collegebesluit voortvloeien uit een nota van de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij Antwerpen die opgesteld werd aan de hand van het milieueffectenrapport. Deze zijn geen voorafname van het bestuur. De vraag naar aandacht voor instroom van verkeer van andere gemeenten kwam al eerder als mening aan bod. Het gemeentebestuur stelde vast dat dit te weinig in de studie aan bod kwam en daarom vraagt dit om bijkomende initiatieven.