Terug
Gepubliceerd op 30/06/2021

2021_GR_00130 - Intern organisatiebeheer - rapport 2020 - Kennisneming

Gemeenteraad
do 24/06/2021 - 20:00 digitaal
Kennis genomen

Samenstelling

Aanwezig

Benjamin De Roeck, voorzitter gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn; Geert Antonio, schepen; Jurgen Callaerts, burgemeester; Els Devlies, voorzitster BCSD - schepen; Axelle De Smet, raadslid N-VA; Kenneth Heylen, raadslid N-VA; Marc Van den Bogaert, raadslid N-VA; Bram Van Keer, raadslid N-VA; Katusha Vervloesem, raadslid N-VA; Marleen De Bruyn, raadslid CD&V ; Raf De Schepper, schepen; Ilse Moons, raadslid CD&V ; Geert Van der Auwera, schepen; Marc Verschueren, raadslid CD&V; Wendy Weckhuysen, schepen; Christine Jacobs, raadslid Vooruit en GROEN; Christoph Marckx, raadslid Vooruit en GROEN; Bart Peeters, raadslid Vooruit en GROEN; Jarrik Peeters, raadslid Vooruit en GROEN; Annelien Schoofs, raadslid Vooruit en GROEN; Francy Van der Wildt, raadslid Vooruit en GROEN; Werner Joris, raadslid Vlaams Belang; Anny Van Aeken, raadslid Vlaams Belang; Marc Verrept, raadslid Vlaams Belang; André Gielis, onafhankelijk raadslid; Veerle De Beuckeleer, algemeen directeur

Secretaris

Veerle De Beuckeleer, algemeen directeur
2021_GR_00130 - Intern organisatiebeheer - rapport 2020 - Kennisneming 2021_GR_00130 - Intern organisatiebeheer - rapport 2020 - Kennisneming

Motivering

Aanleiding en context

Het decreet lokaal bestuur bepaalt dat het organisatiebeheersingssysteem wordt vastgesteld door de algemeen directeur, na overleg met het managementteam. Het algemene kader van het organisatiebeheersingssysteem en de elementen daarin die raken aan de rol en de bevoegdheden van de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn zijn onderworpen aan de goedkeuring van de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn.

Doelstellingen, actieplannen en acties worden opgenomen binnen het meerjarenplan.

De algemeen directeur rapporteert jaarlijks aan het college van burgemeester en schepenen, de gemeenteraad, de raad voor maatschappelijk welzijn en het vast bureau over de organisatiebeheersing in het voorgaande kalenderjaar. Die rapportering gebeurt jaarlijks uiterlijk voor 30 juni.

Het overzicht in bijlage van de realisaties in 2020 wordt aan de respectievelijke besluitvormingsorganen ter kennisgeving voorgelegd.

Argumentatie

Met de kennisname van het tussentijds rapport intern organisatiebeheer staan mandatarissen en managementteam stil bij de werkorganisatie en haar noden in functie van het realiseren van hoofdstuk 5 - afdeling 1 van het decreet lokaal bestuur waarin bepalingen rond "organisatiebeheersing" werden opgenomen:

Hoofdstuk 5.
Organisatiebeheersing en audit
Afdeling 1.
Organisatiebeheersing
 
Art. 217.
Organisatiebeheersing is het geheel van maatregelen en procedures die
ontworpen zijn om een redelijke zekerheid te verschaffen dat men:
1° de vastgelegde doelstellingen bereikt en de risico’s om deze te bereiken kent en
beheerst;
2° wetgeving en procedures naleeft;
3° over betrouwbare financiële en beheersrapportering beschikt;
4° op een effectieve en efficiënte wijze werkt en de beschikbare middelen economisch inzet;
5° de activa beschermt en fraude voorkomt.
 
Art. 218.
Het organisatiebeheersingssysteem bepaalt op welke wijze de organisatiebeheersing van de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk
welzijn wordt georganiseerd, met inbegrip van de te nemen controlemaatregelen, procedures en de aanwijzing van de personeelsleden en organen die ervoor verantwoordelijk zijn, en de rapporteringsverplichtingen van de personeelsleden die bij het organisatiebeheersingssysteem betrokken zijn.
Het organisatiebeheersingssysteem beantwoordt minstens aan het principe van functiescheiding waar mogelijk en is verenigbaar met de continuïteit van de werking van de gemeentelijke diensten.
 
Art. 219.
Het organisatiebeheersingssysteem wordt vastgesteld door de algemeen directeur, na overleg met het managementteam. Het algemene kader vanhet organisatiebeheersingssysteem en de elementen daarin die raken aan de rol en de bevoegdheden van de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn zijn onderworpen aan de goedkeuring van de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn. De algemeen directeur rapporteert jaarlijks aan het college van burgemeester en schepenen, de gemeenteraad, de raad voor maatschappelijk welzijn en het vast bureau over de organisatiebeheersing. Die rapportering gebeurt jaarlijks uiterlijk voor 30 juni van het daaropvolgende jaar.
 
Art. 220.
Met behoud van de toepassing van artikel 57, 85 en 196 kan de algemeen directeur, binnen de grenzen van het organisatiebeheersingssysteem, zijn bevoegdheden toevertrouwen aan andere personeelsleden van de gemeente of het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn. Ook de financieel directeur kan zijn bevoegdheden toevertrouwen aan andere personeelsleden van de gemeente of het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn. In beide gevallen gebeurt dat schriftelijk en met een ondubbelzinnige omschrijving van de toegekende bevoegdheden en de daaraan verbonden opdrachten, middelen en rapporteringsverplichtingen. De toepassing van het eerste lid ontslaat de algemeen directeur of de financieel directeur nooit van zijn verantwoordelijkheid.

Juridische grond

Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen.

Besluit

De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

neemt kennis van het in bijlage opgenomen rapport intern organisatiebeheer 2020.