Terug
Gepubliceerd op 30/06/2021

2021_GR_00134 - Kerremansstraat - Definitieve vaststelling van het onteigeningsplan Kerremansstraat - Goedkeuring

Gemeenteraad
do 24/06/2021 - 20:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Benjamin De Roeck, voorzitter gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn; Geert Antonio, schepen; Jurgen Callaerts, burgemeester; Els Devlies, voorzitster BCSD - schepen; Axelle De Smet, raadslid N-VA; Kenneth Heylen, raadslid N-VA; Marc Van den Bogaert, raadslid N-VA; Bram Van Keer, raadslid N-VA; Katusha Vervloesem, raadslid N-VA; Marleen De Bruyn, raadslid CD&V ; Raf De Schepper, schepen; Ilse Moons, raadslid CD&V ; Geert Van der Auwera, schepen; Marc Verschueren, raadslid CD&V; Wendy Weckhuysen, schepen; Christine Jacobs, raadslid Vooruit en GROEN; Christoph Marckx, raadslid Vooruit en GROEN; Bart Peeters, raadslid Vooruit en GROEN; Jarrik Peeters, raadslid Vooruit en GROEN; Annelien Schoofs, raadslid Vooruit en GROEN; Francy Van der Wildt, raadslid Vooruit en GROEN; Werner Joris, raadslid Vlaams Belang; Anny Van Aeken, raadslid Vlaams Belang; Marc Verrept, raadslid Vlaams Belang; André Gielis, onafhankelijk raadslid; Veerle De Beuckeleer, algemeen directeur

Secretaris

Veerle De Beuckeleer, algemeen directeur

Stemming op het agendapunt

2021_GR_00134 - Kerremansstraat - Definitieve vaststelling van het onteigeningsplan Kerremansstraat - Goedkeuring
Goedgekeurd

Aanwezig

Benjamin De Roeck, Geert Antonio, Jurgen Callaerts, Els Devlies, Axelle De Smet, Kenneth Heylen, Marc Van den Bogaert, Bram Van Keer, Katusha Vervloesem, Marleen De Bruyn, Raf De Schepper, Ilse Moons, Geert Van der Auwera, Marc Verschueren, Wendy Weckhuysen, Christine Jacobs, Christoph Marckx, Bart Peeters, Jarrik Peeters, Annelien Schoofs, Francy Van der Wildt, Werner Joris, Anny Van Aeken, Marc Verrept, André Gielis, Veerle De Beuckeleer
Stemmen voor 25
Benjamin De Roeck, Kenneth Heylen, Annelien Schoofs, Bart Peeters, Christoph Marckx, Geert Antonio, Jurgen Callaerts, Geert Van der Auwera, André Gielis, Christine Jacobs, Jarrik Peeters, Francy Van der Wildt, Marleen De Bruyn, Bram Van Keer, Katusha Vervloesem, Marc Van den Bogaert, Axelle De Smet, Raf De Schepper, Wendy Weckhuysen, Ilse Moons, Anny Van Aeken, Marc Verrept, Marc Verschueren, Els Devlies, Werner Joris
Stemmen tegen 0
Onthoudingen 0
Blanco stemmen 0
Ongeldige stemmen 0
2021_GR_00134 - Kerremansstraat - Definitieve vaststelling van het onteigeningsplan Kerremansstraat - Goedkeuring 2021_GR_00134 - Kerremansstraat - Definitieve vaststelling van het onteigeningsplan Kerremansstraat - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Omschrijving van de te onteigenen goederen

De onteigening streeft de verwerving na van onroerende goederen gelegen op het grondgebied van de gemeente Rumst waarbij de onteigening de heraanleg van de Kerremansstraat mogelijk moet maken en dit overeenkomstig het rooilijnplan zoals voorlopig goedgekeurd door de gemeenteraad op 25.03.2021. 

De onroerende goederen die dienen te worden verworven, zijn bedoeld om de Kerremansstraat volledig her in te richten met de aanleg van veilige infrastructuur en waarbij tevens een gescheiden rioleringsstelsel wordt voorzien en een aantal water bufferende elementen zullen worden ingebouwd teneinde het hoofd te bieden aan de thans regelmatig wederkerende wateroverlast.

Verder wenst de gemeente Rumst op vraag van de bewoners de parkeercapaciteit te optimaliseren, doch geen aaneengesloten langsparking door deze te onderbreken met groen- / boomvakken en rekening houdend met erftoegangen. 

Voor het realiseren van de gewenste weginfrastructuur en een volwaardig ontwerp is een inname van delen van private percelen noodzakelijk

De bedoelde onroerende goederen zijn met een gele tint aangeduid op het hierbij horende ondertekende onteigeningsplan Kerremansstraat zoals opgemaakt door studiebureau Anteagroup en laatst gewijzigd op 09.03.2021 en meer in het bijzonder betreft het de percelen kadastraal gekend als: Gemeente Rumst 3de afdeling, sectie D nrs. 245/03s, 245/03t, 249r, 249x, 246k, 246d, 246e, 246t, 246g, 269c, 270c, 271d, 272g, 280e. Deze percelen werden uitgebreid omschreven in de innemingstabel die is opgenomen op het hoger genoemde onteigeningsplan Kerremansstraat.

Aanduiding onteigenende instantie

Art. 6, 1° van het Vlaams Onteigeningsdecreet van 24 februari 2017 bepaalt dat de gemeenten bevoegd zijn om tot onteigening over te gaan:

“De volgende instanties zijn bevoegd om tot onteigening over te gaan: 1° de Vlaamse Regering, het College van de Vlaamse Gemeenschapscommissie, de gemeenten en de provincies;”

In het licht van de doelstellingen kan de gemeente Rumst ter realisatie van de heraanleg van de Kerremansstraat met aanleg van een veilige fietsinfrastructuur, een gescheiden rioleringsstelsel en waterbufferende elementen zodoende optreden als onteigenende instantie.

Motivering van de onteigeningsnoodzaak

1 Noodzaak van het onteigeningsdoel

De noodzaak van het onteigeningsdoel is evident aanwezig. Door de ontoereikende weginfrastructuur waarbij geen veilige plaats kan worden geboden aan de zwakke weggebruiker op de weg dient de Kerremansstraat heraangelegd en verbreed te worden teneinde eveneens het hoofd te kunnen bieden aan de waterproblematiek en waarbij een gescheiden rioleringsstelsel kan worden gerealiseerd.

Immers, door de regelmatig wederkerende wateroverlast ter hoogte van het kruispunt Kerremansstraat-Molenstraat en in de Molenstraat zelf is het nodig om een aantal water bufferende elementen in te bouwen in het projectgebied Kerremansstraat. Dit gebeurt door de aanleg van voldoende brede buffergrachten evenwijdig met de rijweg.

Door het aanleggen van een voldoende breed fietspad en rijweg is er buiten deze infrastructuur plaats nodig voor de nutsleidingen.  Om bij calamiteiten niet telkens de rijweg te moeten openbreken en het verkeer te moeten onderbreken is het noodzakelijk om een strook te voorzien buiten de rijweg voor de nutsleidingen.

De gemeente Rumst werkt gestaag verder aan de verhoging van de verkeersveiligheid. Tevens is het oplossen van de wateroverlastproblematiek op verschillende locaties binnen de gemeente een prioriteit.  Het aanleggen van buffergrachten moet de wateroverlast in de Molenstraat en bij uitbreiding op andere locaties in de omgeving mee helpen oplossen. Tevens moeten nutsleidingen voldoende ruimte krijgen buiten de rijweginfrastructuur om aansluitingen en eventuele storingen te kunnen uitvoeren/oplossen. Deze ingrepen kunnen enkel worden uitgevoerd op openbaar domein. Hiervoor zijn dan ook onteigeningen noodzakelijk. Deze omstandigheden kunnen dan ook als hoogdringend worden omschreven. De onteigeningen zullen steeds tot het strikt noodzakelijke worden beperkt.

Opdat de Kerremansstraat aldus van een vrijliggend dubbelrichtingfietspad zou kunnen worden voorzien, dient de gemeente van de betrokken aanpalende eigenaars de nodige stroken grond te verwerven. Slechts dan kan de huidige rooilijn worden verbreed en kunnen de werken uitgevoerd worden.

Ook kan uitsluitend een vlotte, veilige en comfortabele doorgang voor de bussen van De Lijn worden gerealiseerd en een maximale afvoer van hemelwater via open grachten wanneer de rijbaan voldoende breed is (6,30m uitgewassen cementbeton met aan één zijde een goot van 30cm (westzijde). De breedte kan maar worden bekomen mits verwervingen.

Een breedte van 6,30m met aan één zijde een goot van 30cm staat het vlot passeren van auto’s en bussen immers toe. 

Om de rechtlijnigheid te breken en de snelheid te beheersen is op een aantal plaatsen in de Kerremansstraat een wegversmalling noodzakelijk. Aan één zijde wordt telkens een bredere berm voorzien die toelaat bomen aan te planten en eventueel een verdiepte berm te realiseren voor extra buffering en infiltratie hemelwater. De breedte en locaties van deze versmallingen werden afgestemd met de Lijn om een vlotte doorstroming van het busverkeer te garanderen. 

Gelet op de veelvuldige aanwezigheid van door bewoners zelf aangelegde parkeerstroken in het bestaande wegbeeld worden er langsheen de Kerremansstraat tevens een aantal parkeerstroken voorzien. Deze stroken zullen worden uitgevoerd in poreuze betonstraatstenen zodat het regenwater doorheen de verharding kan infiltreren naar de bodem. 

Gelet op een veelvuldig gebruikt recreatief fietsnetwerk langsheen het projectgebied Kerremansstraat en omdat het fietsen in landelijk gebied hier aan de orde is, het fietsverkeer jaarlijks toeneemt en het fietsen en de fietsveiligheid dient gestimuleerd te worden vanuit de te realiseren infrastructuur en gelet op het ruimtelijk perfect inpasbaar zijn van één en ander, dient een vrijliggend dubbelrichtingsfietspad aangelegd te worden van 2,50m breed, gescheiden van de rijweg door middel van een groenzone van 70cm met een aangeplante haag. Aan de zijde van de rooilijn wordt een groenberm voorzien van 0,50m als extra bufferzone tussen de erfontsluitingen en het fietspad.

Door de heraanleg van de Kerremansstraat met een veilige fietsinfrastructuur  wordt een betere verkeersleefbaarheid en een betere verkeersveiligheid nagestreefd zodat zeker een veilig verkeer kan worden gewaarborgd aan de zwakke weggebruikers.

Het onteigeningsdoel kan verder ook enkel maar worden bereikt middels onteigening. Er bestaat redelijkerwijze geen alternatief voor het gebruik van de onteigeningsdwang.

Binnen het projectgebied moeten verschillende onroerende goederen strikt noodzakelijk in volle eigendom worden verworven om niet alleen een integrale en geïntegreerde realisatie van de heraanleg van de Kerremansstraat maar vervolgens ook een duurzaam beheer en onderhoud daarvan mogelijk te maken.

Op het onteigeningsplan Kerremansstraat zoals opgemaakt door Studiebureau Anteagroup en laatst gewijzigd op 09.03.2021 wordt aangeduid welke onroerende goederen noodzakelijk dienen verworven te worden om het project te kunnen realiseren. De te onteigenen onroerende goederen zijn nodig om volgende redenen, waarbij alle projectonderdelen ondergebracht kunnen worden binnen de realisatie van de aanleg van de weginfrastructuur en de daarmee onlosmakelijk verbonden ingrepen

De Kerremansstraat volledig heringericht met:  

  • Rijbaan voor dubbelrichtingsverkeer, 6,30m in uitgewassen cementbeton met aan één zijde een goot van 30cm (westzijde) zoals afgestemd met De Lijn.  
  • Aan één zijde een bredere berm die toelaat bomen aan te planten en eventueel een verdiepte berm te realiseren voor extra buffering en infiltratie hemelwater.  
  • Parkeerstroken uitgevoerd in poreuze betonstraatstenen zodat het regenwater doorheen de verharding kan infiltreren naar de bodem.
  • Een vrijliggend dubbelrichtingsfietspad in orde gewassen betonstraatstenen van 2,50m breed, gescheiden van de rijweg door middel van een groenzone van 70cm met een aangeplante haag. Aan de zijde van de rooilijn wordt een groenberm voorzien van 0,50m als extra bufferzone tussen de erfontsluitingen en het fietspad. Voor de inritten worden poreuze betonstraatstenen toegepast zodat het regenwater dat op de inritverhardingen valt naar de bodem kan infiltreren. 
  • Open en natuurlijke gracht aan één zijde (oostkant), gescheiden van rijbaan door groenberm van minimaal 50cm, maximaal open structuur.

Om al deze weginfrastructuurwerken te kunnen realiseren en nadien het onderhoud en het beheer daarvan duurzaam te kunnen blijven garanderen is de gedwongen verwerving van de op het onteigeningsplan aangeduide innemingen noodzakelijk. Zonder de verwerving van deze onroerende goederen in volle eigendom kunnen de projectdoelstellingen niet gerealiseerd worden.

2 Noodzaak van de onteigening als middel en het voorwerp van de onteigening

2.1   Noodzaak van de onteigening als middel

Het onteigeningsplan Kerremansstraat zoals opgemaakt door Studiebureau Anteagroup en laatst gewijzigd op 09.03.2021 duidt aan welke onroerende goederen noodzakelijk in volle eigendom dienen te worden verworven om het project te kunnen realiseren.

Eens de gemeente de wijziging van de gemeenteweg heeft vastgesteld rust op de gemeente overeenkomstig artikel 26, § 1 van het Decreet Gemeentewegen van 3 mei 2019 ook de rechtsplicht om over te gaan tot de realisatie, de vrijwaring en het beheer van deze gemeenteweg overeenkomstig de in het Decreet Gemeentewegen van 3 mei 2019 opgenomen instrumenten en handhavingsmaatregelen.

Overeenkomstig artikel 26, § 3 van het Decreet Gemeentewegen van 3 mei 2019 geldt bij wijziging van een bestaande gemeenteweg op privaat domein de definitieve vaststelling van het rooilijnplan, zoals bedoeld in artikel 17, § 5, van dit Decreet als titel voor de vestiging van een publiekrechtelijke erfdienstbaarheid van doorgang.

Met het te realiseren rooilijnplan wordt de wijziging van een bestaande gemeenteweg vastgesteld waarbij de globale en coherente realisatie van het rooilijnplan uitsluitend verwezenlijkt kan worden door gedwongen eigendomsverwerving van de gehele wegbedding in volle eigendom door de wegbeheerder ten einde een eigendomsversnippering en een lappendeken van verschillende eigendomsstructuren van de betrokken wegbedding te vermijden waardoor het project dus niet gerealiseerd kan worden deels op basis van de vestiging van een publiekrechtelijke erfdienstbaarheid van doorgang op een wegbedding in private eigendom en anderdeels op basis van de verwerving van de wegbedding in volle eigendom.

Verder zullen door de noodzakelijk uit te voeren werken voor de wijziging van de bestaande gemeenteweg de eigendomsrechten met betrekking tot de wegbedding niet louter beperkt worden, maar worden ze ontnomen door de volledige noodzakelijke inlijving ervan in het openbaar domein na uitvoering van deze werken, zodat na afweging van belangen, het mede omwille van de globale en geïntegreerde realisatie en het complexe en ingrijpende karakter van de daarvoor noodzakelijke werken, het aangewezen is de eigenaars van de daarvoor noodzakelijke wegbedding onmiddellijk te vergoeden door middel van onteigening. Het is gewoonweg noodzakelijk voor de realisatie, het beheer en de verdere instandhouding van de weginfrastructuur dat de te verwerven wegbeddingen ook daadwerkelijk opgenomen zullen worden in het openbaar domein.

De verwerving van de wegbedding in volle eigendom over het volledige tracé van Kerremansstraat maakt aldus een noodzakelijke stap uit om eens de rooilijn en de gemeenteweg werd vastgesteld te kunnen voldoen aan de decretaal vooropgestelde rechtsplicht om over te gaan tot de realisatie, de vrijwaring en het beheer van deze gemeenteweg overeenkomstig het Decreet Gemeentewegen van 3 mei 2019. Uitsluitend middels verwerving van de wegbedding in volle eigendom kan de wegbeheerder de sluitende garantie bekomen dat de werken tot realisatie van de gemeenteweg ook effectief en op voortgezette wijze kunnen worden uitgevoerd en kan zo ook het duurzame gebruik en duurzaam functioneren en beheren van de gemeenteweg worden gegarandeerd.

Bovendien zijn er een veelheid aan te verwachten terreingebonden kosten, alsook dient een gescheiden rioleringsstelsel aangelegd te worden in de gemeenteweg waarbij een private eigendomssituatie van de wegbedding niet aangewezen is zodat het ook om die reden noodzakelijk is voor de wegbeheerder dat de wegbedding in volle eigendom verworven wordt. Aldus kan de projectdoelstelling ook om deze reden uitsluitend door gedwongen onteigening worden gerealiseerd.

De onteigeningsnoodzaak als middel voor de realisatie van gemeentewegen blijkt verder ook uit het feit dat overeenkomstig artikel 24, § 4 van het Vlaams Onteigeningsdecreet de decreetgever in zulke gevallen uitdrukkelijk elk verzoek tot zelfrealisatie uitgesloten heeft.

Voor bepaalde infrastructuurwerken zoals openbare verkeerswegen, spoorwegen, haven- en waterweginfrastructuur is het ook volgens de decreetgever in het algemeen belang noodzakelijk dat de overheid deze zelf realiseert en ontwikkelt. De volgende zaken dienen volgens de decreetgever immers absoluut te worden vermeden:

  • een versnipperde eigendomsstructuur;
  • een lappendeken aan verantwoordelijkheden inzake onderhoud en herstel, wat immers zou leiden tot een groter risico op juridische conflicten zowel onderling als ten aanzien van derden;
  • een probleem van coördinatie tussen de zelfrealisator en de aannemer die desgevallend door de overheid wordt aangesteld;
  • een verzwakte positie ten aanzien van het gedwongen doen verplaatsen van nutsleidingen
  • een gebrek aan een globale inrichting en een overkoepelend beheer en onderhoud;
  • problemen naar toegankelijkheid, het beschikbaar houden ten aanzien van andere gebruikers en bijvoorbeeld het voorzien van aanvullende reglementen van wegbeheer;

Het aanleggen, beheren en onderhouden van de voornoemde infrastructuur behoort tot de basistaken van de overheid en vereist een coherent en doelmatig beheer en beleid, ook naar eventuele aansprakelijkheden en verantwoordelijkheden toe. Van de desbetreffende weginfrastructuur dient onder alle omstandigheden een veilig en doelmatig gebruik te kunnen worden gemaakt. Dit kan enkel indien de wegbeheerder zelf kan instaan voor de realisatie en het beheer ervan.

Een zo eenduidig mogelijke grondpositie kan en moet de goede uitoefening van de publieke beheerstaken waarborgen, onder meer naar onderhoud, verlenen van vergunningen, advisering in het kader van omgevingsvergunningen, aansprakelijkheden enz.

Kortom, de nood aan een globale, consequente en duurzame ontwikkeling met het oog op het inpassen ervan in een ruimer functionerend geheel evenals de aandacht voor een specifieke kwalitatieve ruimtelijke en architecturale ontwikkeling en het feit dat het om publieke openbare voorzieningen gaat, leidt ertoe dat zelfrealisatie in casu uitgesloten is en de onteigeningsnoodzaak ook daardoor des te meer vast staat.

2.2 Noodzaak voor wat betreft het voorwerp van de onteigening

Uit de projectnota die werd opgemaakt door Anteagroup op 1 juni 2020 is komen vast te staan een inrichtingsprofiel met een dubbele gracht (open gracht aan de beide straatzijden)  een erg grote ruimtelijke impact heeft binnen de beschikbare rooilijnbreedte. Ook dient thv. elke oprit de gracht overwelfd te worden, waardoor de gracht aan de zijde met veel woningen veel minder interessant is. Voor de aanleg van nutsleidingen (en realiseren huisaansluitingen nutsleidingen) en openbaar groen, het onderhoud van private inrichtingen en aanplantingen thv de rooilijn en het realiseren van de wegversmallingen is dit typeprofiel aldus minder interessant en zodoende niet weerhouden, temeer een gracht aan één zijde en het voorzien van verdiepte groenzones in het gekozen inrichtingsprincipe volstaan voor het voldoen aan de geldende bepaling en criteria omtrent de hemelwaterafvoer.

Er werden aldus verschillende scenario’s en alternatieven uitgewerkt waarbij de finaal weerhouden uitvoeringsvariant als meest positief naar voren bleek te komen om de onteigeningsdoelstelling zo adequaat mogelijk te kunnen realiseren en daarbij tevens de innemingen zo beperkt mogelijk te houden. Over de noodzaak van het voorwerp van de onteigening kan dan ook gezien de keuze genomen werd na afweging van de verschillende alternatieven geen discussie mogelijk zijn.

Onteigeningsplan

Het onteigeningsplan Kerremansstraat zoals opgemaakt door Studiebureau Anteagroup en laatst gewijzigd op 09.03.2021 bevat alle vereiste gegevens overeenkomstig artikel 11 van het Vlaams Onteigeningsdecreet van 24 februari 2017.

Dit onteigeningsplan wordt gevoegd als bijlage bij onderhavig besluit en maakt hier integraal deel van uit.

Projectnota

Overeenkomstig artikel 12 van het Vlaams Onteigeningsdecreet van 24 februari 2017 werd een projectnota opgemaakt.

Deze projectnota wordt gevoegd als bijlage bij onderhavig besluit en maakt hier integraal deel van uit.

Onderhandelingen

IGEAN zal namens de gemeente Rumst, die optreedt als onteigenende instantie, onderhandelingen voeren met al de te onteigenen partijen. De onderhandelingen die reeds voorafgaand de definitieve vaststelling van het onteigeningsbesluit hebben plaats gevonden, hebben tot op heden niet het gewenste resultaat bereikt.

Na de vaststelling door de gemeenteraad van het definitief onteigeningsbesluit zal door de gemeente Rumst een laatste minnelijke onderhandelingspoging gedaan worden met de eigenaars van de overgebleven onroerende goederen 

IGEAN zal namens de gemeente Rumst, die optreedt als onteigenende instantie, aldus onderhandelingen voeren met al de nog te onteigenen partijen met als doel in eerste instantie een minnelijke verwerving na te streven.

De minnelijke onderhandelingstermijn wordt geraamd op 3 maanden. 

Deze termijn beoogt het kunnen voeren van volwaardige onderhandelingen om alsnog te komen tot een minnelijke verwerving. Voornoemde termijn werd bepaald in functie van de volgende concrete elementen van het project: omvang van de te onteigenen goederen (…), aard van de te onteigenen goederen (…), aantal in te nemen onroerende goederen (…) en alle andere factoren die de onderhandelingstermijn kunnen beïnvloeden (…). 

De minnelijke onderhandelingstermijn zal overeenkomstig artikel 15 van het Vlaams Onteigeningsdecreet van 24 februari 2017 aanvangen op de derde dag na de postdatum van de beveiligde zending waarmee de te onteigenen partijen op de hoogte worden gesteld van deze minnelijke onderhandelingstermijn.

Conclusie

Uit al het bovenstaande blijkt dat de onteigening aldus noodzakelijk is en het algemeen belang dient. Het onteigeningsdoel kan niet worden gerealiseerd indien niet alle innemingen in volle eigendom verworven zijn.

Het onteigeningsdoel kadert verder binnen de gemeentelijke aangelegenheden en binnen het gemeentelijk belang dat de gemeente Rumst dient ten uitvoer te leggen en te beheren en kadert binnen de rechtsplicht tot de realisatie van het rooilijnplan van de Kerremansstraat dat werd vastgesteld.

Om deze redenen is de verwerving van de (nog) niet minnelijk verworven onroerende goederen voor de heraanleg van de Kerremansstraat noodzakelijk en dringt de onteigening door de gemeente Rumst zich op van de onroerende goederen zoals afgebeeld op het onteigeningsplan Kerremansstraat zoals opgemaakt door Studiebureau Anteagroup en laatst gewijzigd op 09.03.2021 en aldaar nader omschreven in de tabel der innemingen.

Gelet op alle akten en overwegingen samengenomen.

Argumentatie

Onteigeningsplan

Het onteigeningsplan Kerremansstraat zoals opgemaakt door Studiebureau Anteagroup en laatst gewijzigd op 03.03.2021 bevat alle vereiste gegevens overeenkomstig artikel 11 van het Vlaams Onteigeningsdecreet van 24 februari 2017.

Dit onteigeningsplan wordt gevoegd als bijlage bij onderhavig besluit en maakt hier integraal deel van uit.

Projectnota

Overeenkomstig artikel 12 van het Vlaams Onteigeningsdecreet van 24 februari 2017 werd een projectnota opgemaakt.

Deze projectnota wordt gevoegd als bijlage bij onderhavig besluit en maakt hier integraal deel van uit.

Openbaar onderzoek

Overeenkomstig artikel 17 tot en met 23 van het Vlaams Onteigeningsdecreet 2017 en het bijhorende Uitvoeringsbesluit werd een openbaar onderzoek georganiseerd. 

Tijdens het openbaar onderzoek dat liep van 7 april 2021 tot en met 7 mei 2021 lagen het voorlopig onteigeningsbesluit samen met het onteigeningsplan Kerremansstraat zoals opgemaakt door Studiebureau Anteagroup en laatst gewijzigd op 03.03.2021 en de projectnota ter inzage. 

Tijdens het openbaar onderzoek werden er 2 bezwaren ingediend en geen formele verzoeken tot zelfrealisatie. De ingediende standpunten, opmerkingen en bezwaren werden alle onderzocht en behandeld. Ze werden beantwoord, weerlegd en verworpen. 

Voor de gemotiveerde weerlegging van de ingediende standpunten, opmerkingen en bezwaren kan worden teruggevallen op de antwoorden en replieken zoals deze zijn weergegeven in het verslag van het openbaar onderzoek houdende de behandeling van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die geuit zijn tijdens het openbaar onderzoek. 

Het verslag van het openbaar onderzoek houdende de behandeling van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die geuit zijn tijdens het openbaar onderzoek kan bijgevolg uitdrukkelijk worden bevestigd en definitief bijgetreden en zal worden gevoegd als bijlage bij onderhavig besluit en maakt hier integraal deel van uit.

Onderhandelingen

De gemeente Rumst zal als onteigenende instantie onderhandelingen voeren met al de te onteigenen partijen. De onderhandelingen die reeds voorafgaand de definitieve vaststelling van het onteigeningsbesluit hebben plaats gevonden, hebben tot op heden niet het gewenste resultaat bereikt.

Conclusie

Uit al het bovenstaande blijkt dat de onteigening aldus noodzakelijk is en het algemeen belang dient. Het onteigeningsdoel kan niet worden gerealiseerd indien niet alle innemingen in volle eigendom verworven zijn.

Het onteigeningsdoel kadert verder binnen de gemeentelijke aangelegenheden en binnen het gemeentelijk belang dat de gemeente Rumst dient ten uitvoer te leggen en te beheren en kadert binnen de rechtsplicht tot de realisatie van het rooilijnplan van de Kerremansstraat dat werd vastgesteld.

Om deze redenen is de verwerving van de (nog) niet minnelijk verworven onroerende goederen voor de heraanleg van de Kerremansstraat noodzakelijk en dringt de onteigening door de gemeente Rumst zich op van de onroerende goederen zoals afgebeeld op het onteigeningsplan Kerremansstraat zoals opgemaakt door Studiebureau Anteagroup en laatst gewijzigd op 03.03.2021 en aldaar nader omschreven in de tabel der innemingen.

Bijgevolg dient het onteigeningsbesluit, samen met:

  • het onteigeningsplan
  • de projectnota
  • het verslag van het openbaar onderzoek met de behandeling van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die geuit zijn tijdens het openbaar onderzoek, goedgekeurd door de gemeenteraad

door de gemeenteraad definitief te worden goedgekeurd en definitief te worden vastgesteld.

Gelet op alle akten en overwegingen samengenomen.

Juridische grond

Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikel 40 en 41;

Decreet Gemeentewegen van 3 mei 2019;

Vlaams Onteigeningsdecreet van 24 februari 2017.

Rechtsgrond voor de onteigening

De onteigening wordt door de gemeente Rumst gevoerd overeenkomstig artikel 7, derde lid van het Vlaams Onteigeningsdecreet van 24 februari 2017 juncto artikel 27 van het Decreet Gemeentewegen van 3 mei 2019.

Gemeenten kunnen immers tot onteigening overgaan in de gevallen waarin ze oordelen dat de onteigening noodzakelijk is voor de uitwerking van de infrastructuur of het beleid inzake de gemeentelijke aangelegenheden.

Meer in het bijzonder kan elke verwerving van onroerende goederen, vereist voor de aanleg, wijziging of verplaatsing van gemeentewegen en de realisatie van de rooilijnplannen, door onteigening tot stand worden gebracht.

De projectnota omschrijft de werkzaamheden waarvoor moet worden onteigend als volgt:

Gelet dat tijdens het ontwerpproces is gebleken dat de buffering vooropgesteld door de randvoorwaarden niet kon behaald worden binnen het openbaar domein, zonder ondergrondse buffering (kunstwerk of kokers) te voorzien, is er beslist om een deel van de buffering te voorzien buiten de grenzen van openbaar domein. Dit onder de vorm van een open grachten (meerdere percelen).

[...]

Het projectgebied kenmerkt zich door een lage woningdensiteit. Nagenoeg alle woningen hebben een inpandige garage en/of oprit. Binnen het gebied heerst bovendien een lage parkeerdruk, waardoor het aantal te voorziene openbare parkeerplaatsen eerder kan beperkt worden en waardoor binnen de beschikbare rooilijnbreedte het mogelijk is om deze vrijkomende oppervlakte te benutten voor de bovengrondse hemelwateropvang door middel van een verlaagde groenstructuur. In deze open gracht worden op strategisch gekozen locaties knijp-constructies voorzien om het regenwater online maximaal te laten infiltreren en bufferen en vertraagd te lozen naar het afwaartse stelsel van grachten en waterlopen. Ter hoogte van deze constructies is ook een overstort voorzien om bij langdurige regenbuizen of bij buien met een grote retourperioden overtollig water te laten overstorten. 

Er wordt een spreiding van de regenwaterafvoer in de ruimere omgeving voorzien zodanig niet alle regenwater via de Kerremansstraat rechtstreeks in noordelijke richting zal worden afgevoerd naar de waterloop in de Molenstraat. 

[…]

Het regenwaterstelsel is tevens ontworpen uitgaande van een logische (vloei)hoekverbinding tussen gracht en overwelvingen zodat er geen overhoekse bochten in de RWA-riolering aanwezig zijn die de stroomsnelheid al sterk negatief beïnvloeden waardoor sedimentatie wordt vermeden of te veel opstuwing in het geval van zeer intense of langdurige neerslagbuien. 

De positie van de stuwconstructies en duikers / kopmuren werd afgestemd aan de ligging van de aanwezige nutsleidingen, zodoende maximaal netaanpassingen of conflicten tijdens de uitvoeringsfase vermeden worden. 

 Het ontwerp is opgebouwd met een minimum aan toezichtputten en met maximaal open constructies thv verbindingen. Deze zichtbare onderdelen zorgen voor een optimale visuele controle van het hemelwatersysteem waardoor de exploitatie eenvoudiger kan gebeuren en de risico’s op calamiteiten tot een absoluut minimum kunnen beperkt worden.

 […]

 Het gemeentebestuur van Rumst wenst van onderhavige rioleringswerken gebruik te maken om het openbare domein in de Kerremansstraat te verfraaien en her in te richten in nauw overleg met de bewoners. 

 Weginrichting Kerremansstraat 

 Doel : een vlotte, veilige en comfortabele doorgang voor de bussen van De Lijn en het realiseren van een vrijliggend dubbelrichtingsfietspad en een maximale afvoer van hemelwater via open grachten, Rijbaan voor dubbelrichtingsverkeer, 6,30m uitgewassen cementbeton met aan één zijde een goot van 30cm (westzijde) zoals afgestemd met De Lijn. 

Deze breedte staat het vlot passeren van auto’s en bussen toe.

 Om de rechtlijnigheid te breken en de snelheid te beheersen is op een aantal plaatsen in de Kerremansstraat een wegversmalling voorzien. Aan 1 zijde is er dan telkens een bredere berm die toelaat bomen aan te planten en eventueel een verdiepte berm te realiseren voor extra buffering en infiltratie hemelwater. De breedte en locaties van deze versmallingen werden afgestemd met de Lijn om een vlotte doorstroming van het busverkeer te garanderen. 

 Gelet op de veelvuldige aanwezigheid van door bewoners zelf aangelegd parkeerstroken in het bestaande wegbeeld worden er langsheen de Kerremansstraat een aantal parkeerstroken voorzien. Deze stroken zullen worden uitgevoerd in poreuze betonstraatstenen zodat het regenwater doorheen de verharding kan infiltreren naar de bodem. 

 Gelet er een veelvuldig gebruikt recreatief fietsnetwerk langsheen het projectgebied Kerremansstraat verloopt, en gelet het fietsen in landelijk gebied hier aan de orde is, gelet fietsverkeer jaarlijks toeneemt, en gelet het fietsen en de fietsveiligheid dient gestimuleerd te worden vanuit de te realiseren infrastructuur en gelet het ruimtelijk perfect inpasbaar is, wordt er een vrijliggend dubbelrichtingsfietspad aangelegd van 2,50m breed, gescheiden van de rijweg door middel van een groenzone van 70cm met een aangeplante haag. Aan de zijde van de rooilijn wordt een groenberm voorzien van 0,50m als extra bufferzone tussen de erfontsluitingen en het fietspad

 Voor de verharding van het fietspad is geopteerd voor het gebruik van rode gewassen betonstraatstenen, dit volgens de eis van de nutsmaatschappijen ifv. mogelijke latere opbraak- en herstelwerkzaamheden voor werken aan hun installaties. Voor de inritten worden poreuze betonstraatstenen toegepast zodat het regenwater dat op de inritverhardingen valt naar de bodem kan infiltreren.

 Open en natuurlijke gracht aan 1 zijde (oostkant), gescheiden van rijbaan door groenberm van minimaal 50cm, maximaal open structuur. 

 De nieuwe weginrichting voorziet om het openbaar domein maximaal te ontharden ten voordele van verlaagde groenzones die regenwater kunnen capteren. 

 Inritten te uniformiseren wat betreft materiaalgebruik en breedte zodat de lengte van de overwelvingen maximaal beperkt wordt tot de noodzakelijke inritbreedte en zodat deze eveneens voor de belendende percelen uniform wordt gemaakt. Er zijn enkele woningen waar er 2 inpandige garages aanwezig zijn. Voor dez In de vrij rechte delen van de rijbaan wordt er sneller gereden dan toegelaten (goede zichtbaarheid, geen flankerende inrichtingen, lage intensiteiten). Om de snelheid te remmen kan er voor gekozen worden om snelheid flankerende maatregelen te implementeren dmv wegversmallingen rijbaan, verticale groenstructuren thv deze wegversmallingen. 

In het licht van het voorgaande blijkt onmiskenbaar dat de beoogde heraanleg van de Kerremansstraat met aanleg van een veilige fietsinfrastructuur kadert binnen de gemeentelijke aangelegenheden.

De onteigening voor de realisatie van de heraanleg van de Kerremansstraat kan aldus worden gevoerd door de gemeente Rumst op basis van artikel 7, derde lid van het Vlaams Onteigeningsdecreet van 24 februari 2017 juncto artikel 27 van het Decreet Gemeentewegen van 3 mei 2019.

Besluit

De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

Het algemeen nut vordert de inbezitneming van de goederen, genoemd in artikel 2 gelegen op het grondgebied van de gemeente Rumst.

Artikel 2

De bedoelde goederen zijn met een gele tint aangeduid op het hierbij horende ondertekende onteigeningsplan Kerremansstraat zoals opgemaakt door Studiebureau Anteagroup en laatst gewijzigd op 09.03.2021 en meer in het bijzonder betreft het de percelen kadastraal gekend als: Gemeente Rumst 3de afdeling, sectie D nrs: 245/03s, 245/03t, 249r, 249x, 246k, 246d, 246e, 246t, 246g, 269c, 270c, 271d, 272g, 280e. Deze percelen werden uitgebreid omschreven in de innemingstabel die is opgenomen op het hoger genoemde onteigeningsplan Kerremansstraat.

Artikel 3

De projectnota houdende een projectplan, de beschrijving van het project, de detailomschrijving van de werken, de realisatietermijnen voor de uitvoering van de werken en de beheersmodaliteiten van het openbaar domein worden in bijlage gevoegd.

Artikel 4

Het Vlaams Onteigeningsdecreet van 24 februari 2017 is op de onteigening van de hierboven bedoelde goederen van toepassing.

Artikel 5

Het onteigeningsbesluit, dat werd opgesteld in overeenstemming met artikel 28 van het Decreet betreffende onteigening voor het algemeen nut van 24 februari 2017, evenals de volgende bijlagen die integraal deel uitmaken van het onteigeningsbesluit:

  • het onteigeningsplan
  • de projectnota
  • het verslag van het openbaar onderzoek met de behandeling van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die geuit zijn tijdens het openbaar onderzoek 

worden definitief goedgekeurd en definitief vastgesteld.

Artikel 6

Het definitief onteigeningsbesluit zal samen met haar bijlagen binnen de 15 werkdagen per beveiligde zending worden overgemaakt aan de te onteigenen partijen.

Artikel 7

Een uittreksel van het definitief onteigeningsbesluit zal worden bekend gemaakt in het Belgisch Staatsblad.