Het belastingreglement op tweede verblijven werd goedgekeurd voor een termijn eindigend op 31 december 2020 en dient hernieuwd te worden.
Gelet op de financiële toestand van de gemeente.
Een tweede verblijf is een woongelegenheid waarvoor niemand zich heeft ingeschreven in het bevolkings- of vreemdelingenregister. Door een belasting op tweede verblijven, zullen ook de inkomsten die niet worden verworven vanwege het ontbreken van een inschrijving in het bevolkings- of vreemdelingenregister voor deze adressen gecompenseerd worden. Het gebrek aan een inschrijving in deze woningen maakt dat er geen overige belastinginkomsten, zoals de aanvullende personenbelasting, bestaan voor deze adressen. Het is wenselijk het verlies aan dergelijke inkomsten te compenseren.
De aangifteplicht wordt gelegd bij de eigenaars. Eigenaars die geen aangifte doen of onjuiste of onvolledige informatie verstrekken zullen onderworpen worden aan een belastingverhoging.
Artikel 170 §4 van de Grondwet.
Het decreet lokaal bestuur, in het bijzonder de artikelen 40, 41, 56, 286, 287 en 288.
Het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
Het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 2009 houdende nadere regelen betreffende het leegstandsregister;
De omzendbrief KB/ABB 2019/2 van 15 februari 2019 'Omzendbrief betreffende de gemeentefiscaliteit'.
Het gemeentelijk reglement op de inventarisatie van leegstaande woningen en/of gebouwen en het belastingreglement op gebouwen en woningen die zijn opgenomen in het leegstandsregister.
§1. Het belastingreglement van 17 december 2020 op tweede verblijven, aanslagjaren 2021-2025 wordt opgeheven.
§2. Met ingang van 1 januari 2021 en voor een termijn eindigend op 31 december 2025 wordt ten voordele van de gemeente een jaarlijkse belasting op tweede verblijven geheven.
De belasting is verschuldigd door de natuurlijke persoon of rechtspersoon die eigenaar is van het tweede verblijf, ongeacht of de constructie verhuurd wordt en ongeacht het feit of de eigenaar al dan niet in het gemeentelijk bevolkingsregister is ingeschreven. De belasting wordt berekend per jaar. Hierbij wordt uitsluitend de toestand op 1 januari van het aanslagjaar in aanmerking genomen.
§1. Een tweede verblijf is elke private wooneenheid die voor de eigenaar of voor de huurder ervan niet tot hoofdverblijf dient, maar die op elk ogenblik door hen voor bewoning kan gebruikt worden. Het kan hierbij gaan om landhuizen, bungalows, appartementen, weekendhuisjes, optrekjes en alle andere vaste woongelegenheden, daarbij inbegrepen de met chalets gelijkgestelde caravans.
§2. Vallen niet onder de toepassing van de belasting:
De belasting bedraagt 750 euro per tweede verblijf.
Voor tweede verblijven die op 1 januari van het aanslagjaar bestaan, dient de belastingplichtige uiterlijk op 31 januari van het aanslagjaar bij het gemeentebestuur aangifte te doen van het belastbaar tweede verblijf door middel van een door het college van burgemeester en schepenen vastgesteld formulier.
§1. Bij gebrek aan aangifte, bij niet-tijdige of onnauwkeurige of onjuiste aangifte door de belastingplichtigen wordt de aanslag van ambtswege door de gemeente gevestigd op grond van de beschikbare gegevens en op de wijze bepaald in artikel 7 het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van gemeentebelastingen.
§2. De ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd met 50% van het belastingsbedrag. Bij herhaling van de overtreding wordt de verhoging verdubbeld. Het bedrag van deze verhoging wordt ingekohierd.
De belasting wordt door middel van een kohier ingevorderd. Het kohier wordt opgemaakt en uitvoerbaar verklaard door het college van burgemeester en schepenen.
De vestiging en invordering van de belasting evenals de regeling van de geschillen ter zake gebeurt volgens de modaliteiten vervat in het gelijknamige decreet van 30 mei 2008.
Deze verordening wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden. Het reglement zal worden afgekondigd en bekendgemaakt overeenkomstig artikel 287 van het decreet lokaal bestuur.