Terug
Gepubliceerd op 30/01/2021

2021_GR_00025 - Vlaams Intersectoraal Akkoord 6 - Koopkrachtverhoging en de Uitrol van IFIC

Gemeenteraad
do 28/01/2021 - 20:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Benjamin De Roeck, voorzitter gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn; Geert Antonio, schepen; Geert Van der Auwera, schepen; André Gielis, raadslid CD&V - 3D ; Christine Jacobs, raadslid sp.a - GROEN; Jarrik Peeters, raadslid sp.a - GROEN; Francy Van der Wildt, raadslid sp.a - GROEN; Wendy Weckhuysen, schepen; Ilse Moons, raadslid CD&V - 3D; Anny Van Aeken, raadslid Vlaams Belang; Marc Verrept, raadslid Vlaams Belang; Marc Verschueren, raadslid CD&V - 3D; Jurgen Callaerts, burgemeester; Kenneth Heylen, raadslid N-VA; Annelien Schoofs, raadslid sp.a - GROEN; Bart Peeters, raadslid sp.a - GROEN; Christoph Marckx, raadslid sp.a - GROEN; Marleen De Bruyn, raadslid CD&V - 3D; Bram Van Keer, raadslid N-VA; Katusha Vervloesem, raadslid N-VA; Marc Van den Bogaert, raadslid N-VA; Axelle De Smet, raadslid N-VA; Raf De Schepper, schepen; Els Devlies, voorzitster BCSD - schepen; Werner Joris; Veerle De Beuckeleer, algemeen directeur

Secretaris

Veerle De Beuckeleer, algemeen directeur

Stemming op het agendapunt

2021_GR_00025 - Vlaams Intersectoraal Akkoord 6 - Koopkrachtverhoging en de Uitrol van IFIC
Goedgekeurd

Aanwezig

Benjamin De Roeck, Geert Antonio, Geert Van der Auwera, André Gielis, Christine Jacobs, Jarrik Peeters, Francy Van der Wildt, Wendy Weckhuysen, Ilse Moons, Anny Van Aeken, Marc Verrept, Marc Verschueren, Jurgen Callaerts, Kenneth Heylen, Annelien Schoofs, Bart Peeters, Christoph Marckx, Marleen De Bruyn, Bram Van Keer, Katusha Vervloesem, Marc Van den Bogaert, Axelle De Smet, Raf De Schepper, Els Devlies, Werner Joris, Veerle De Beuckeleer
Stemmen voor 25
Benjamin De Roeck, Kenneth Heylen, Annelien Schoofs, Bart Peeters, Christoph Marckx, Geert Antonio, Jurgen Callaerts, Geert Van der Auwera, André Gielis, Christine Jacobs, Jarrik Peeters, Francy Van der Wildt, Marleen De Bruyn, Bram Van Keer, Katusha Vervloesem, Marc Van den Bogaert, Axelle De Smet, Raf De Schepper, Wendy Weckhuysen, Ilse Moons, Anny Van Aeken, Marc Verrept, Marc Verschueren, Els Devlies, Werner Joris
Stemmen tegen 0
Onthoudingen 0
Blanco stemmen 0
Ongeldige stemmen 0
2021_GR_00025 - Vlaams Intersectoraal Akkoord 6 - Koopkrachtverhoging en de Uitrol van IFIC 2021_GR_00025 - Vlaams Intersectoraal Akkoord 6 - Koopkrachtverhoging en de Uitrol van IFIC

Motivering

Aanleiding en context

Op 24 november 2020 werd door de Vlaamse Regering samen met de sociale partners een kaderakkoord (VIA 6 voor de periode 2021-2025) afgesloten, dat moest zorgen voor meer koopkracht, meer handen in de zorg en meer veerkracht voor de Vlaamse zorgsector.

Het deelakkoord VIA 6 – koopkracht publieke sector werd afgesloten op 22 december 2020 en kreeg op diezelfde datum de goedkeuring van de Vlaamse Regering. Alle lokale en provinciale besturen die onder het toepassingsgebied van het deelakkoord vallen, moeten het globaal uitvoeren.

Argumentatie

De uitwerking van het deelakkoord vergt een wijziging van de rechtspositiebesluiten. Gelet op het feit dat een bepaald aspect van het deelakkoord een eenmalige aanvulling inhoudt van de eindejaarstoelage 2020, dienen de lokale besturen dit aspect uit te voeren op basis van een sectoraal akkoord.

De sectoren die vallen onder het VIA 5, met uitzondering van de dienstencheque-ondernemingen, vallen onder de toepassing van het deelakkoord en deze tekst. Het gaat dus onder meer om de ouderenzorg, de woonzorgcentra, de serviceflats voor ouderen, de dagverzorgingscentra, de thuiszorg (gezinszorg en aanvullende thuiszorg), de kinderopvang, de lokale dienstencentra, de groepen van assistentiewoningen, de diensten logistieke hulp, de diensten/instellingen bijzondere jeugdzorg, de diensten/instellingen voor personen met een handicap, de centra voor kinderzorg en gezinsondersteuning, de opvoedingswinkels, de gezins- en groepsopvang baby en peuter (of kinderdagverblijven, peutertuinen en diensten voor onthaalouders), de groepsopvang schoolgaande kinderen (of initiatieven voor buitenschoolse opvang en lokale diensten voor buurtgerichte kinderopvang), de gemandateerde voorzieningen kinderopvang, consultatiebureaus, sociale verhuurkantoren, de integratiediensten, culturele erfgoedcellen en musea, de vrijetijdsdiensten: cultuurdiensten (bibliotheken, cultuur- en gemeenschapscentra), de jeugddiensten en de sportdiensten. 

voor het lokaal bestuur Rumst gaat dit over volgende diensten/functies: 

  • Woonzorgcentra, dagverzorgingscentra, dagcentra voor kortverblijf en assistentiewoningen (sector 605): Medewerkers van Hof Van Crequi
  • Kinderopvang, de kinderkribben, de peutertuinen, de diensten voor opvanggezinnen, de diensten voor thuisopvang van zieke kinderen, de buitenschoolse kinderopvang (sector 708 en 712): Medewerkers BKO.
  • Vlaamse socio-culturele sector (sector 500, 501, 506, 508): medewerkers bib, sport, cultuur, jeugdwerk 

Voor het personeel in de socio-culturele sector geldt enkel de recurrente verhoging van de eindejaarstoelage vanaf 2021. Het personeel in de socio-culturele sector ontvangt dus geen eenmalige verhoging van de eindejaarstoelage van 2020 en zal ook niet meegenomen worden voor de invoering van de IFIC-salarisschalen in de publieke zorg- en welzijnssectoren.

Aan de personeelsleden van de woonzorgcentra en van de andere bij de zesde staatshervorming geregionaliseerde voorzieningen in de ouderenzorg en aan de personeelsleden van voorzieningen die behoren tot de klassieke zorg- en welzijnssectoren, beheerd door een lokaal bestuur, een welzijnsvereniging of een intergemeentelijk samenwerkingsverband, wordt een onmiddellijke eenmalige koopkrachtverhoging toegekend.

Dit gebeurt door middel van een eenmalige aanvulling aan de eindejaarstoelage vanaf het jaar 2020 als volgt :

  • voor het personeel van de woonzorgcentra en van de andere bij de zesde staatshervorming geregionaliseerde voorzieningen in de ouderenzorg (niet van toepassing voor lokaal bestuur Rumst)
    1. een verhoging van het forfaitair gedeelte tot 1.288,43 euro;
    2. een verhoging van het variabel gedeelte tot 3,6% van het jaarsalaris.
  • voor het personeel van de erkende voorzieningen die behoren tot de klassieke zorg- en welzijnssectoren:
    1. een verhoging van het variabel gedeelte tot 3,6%.

De verhogingen mogen in het totaal nooit leiden tot een eindejaarstoelage die hoger is dan een twaalfde van het jaarsalaris.

Er wordt gestreefd naar een uitbetaling van de eenmalige aanvulling op de eindejaarstoelage 2020  in de loop van de maand januari 2021 maar moet beschouwd worden als deel uitmakend van de eindejaarstoelage 2020. De referentieperiode voor het supplement is dezelfde als voor de eindejaarstoelage 2020.

De eenmalige aanvulling op de eindejaarstoelage 2020 kan worden uitgekeerd op basis van het goedgekeurd sectoraal deelakkoord. De Vlaamse Regering engageert zich om dit zo spoedig mogelijk wettelijk te verankeren.

Kunnen niet-VIA personeelsleden ook een eindejaartoelage ontvangen op financiering van het lokaal bestuur zelf?

De eindejaarstoelage voor personeel van lokale besturen wordt geregeld in de artikel 133 tot en met 137 van het BVR RPR van 7 december 2007 en de artikelen 96 tot en met 100 van het BVR RPR van 12 november 2010. Het is dus wettelijk vastgelegd hoe die toelage wordt berekend. 

Naar aanleiding van het VIA 6 deelakkoord zal er een wijziging komen aan de BVR RPR’s van 2007 en 2010 en zal er wellicht een onderscheid worden gemaakt tussen VIA- personeel en niet- VIA personeel.

Het is niet mogelijk om als lokaal bestuur te beslissen om meer te gaan toekennen aan niet- VIA personeel. Jullie dienen je te houden aan wat wettelijk is vastgelegd.

VVSG heeft in het kader hiervan aan de Vlaamse regering een compensatieregeling gevraagd voor het niet- VIA personeel.
Er is een budget voorzien van 30 miljoen euro dat vanaf 2021 aan de lokale besturen zal toegekend worden. Dit bedrag betreft 2/3 van de 1,1% koopkrachtverhoging die vanaf 2021 aan de socio-culturele sector wordt gegeven. Het betreft een recurrent (jaarlijks) en geïndexeerd bedrag. De compensatieregeling moet nog verder uitgewerkt worden.

Juridische grond

Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, zijn latere wijzigingen en zijn uitvoeringsbesluiten, in het bijzonder artikel 186 §2;

Gelet op het voorakkoord zesde Vlaams intersectoraal akkoord van 24 november 2020 voor de social/non profitsectoren voor de periode 2021-2025;

Gelet op het deelakkoord van 22 december 2020 tussen de sociale partners van de publieke sector over de aanwending van de middelen koopkracht VIA 6;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en latere wijzigingen;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie en het mandaatstelsel van het personeel van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende de minimale voorwaarden voor sommige aspecten van de rechtspositieregeling van bepaalde personeelsgroepen van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van 12 november 2010 en latere wijzigingen;

Gelet op de omzendbrief van 23 december 2020 van de Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, Bestuurszaken, Inburgering en Gelijke Kansen betreffende de uitvoering van het deelakkoord VIA 6 – koopkrachtmaatregelen publieke sector;

Gelet op het raadsbesluit van 23 november 2017 houdende de delegatie van bevoegdheden aan het vast bureau;

 

Besluit

De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

Aan de personeelsleden van de personeelsleden van voorzieningen die behoren tot de klassieke zorg- en welzijnssectoren, wordt een onmiddellijke eenmalige koopkrachtverhoging toegekend.

Dit gebeurt door middel van een eenmalige aanvulling aan de eindejaarstoelage vanaf het jaar 2020 als volgt :

  • voor het personeel van de erkende voorzieningen die behoren tot de klassieke zorg- en welzijnssectoren:
    1. een verhoging van het variabel gedeelte tot 3,6%.

De verhogingen mogen in het totaal nooit leiden tot een eindejaarstoelage die hoger is dan een twaalfde van het jaarsalaris.

De eenmalige aanvulling op de eindejaarstoelage 2020 zal in de loop van de maand januari 2021 uitbetaald worden maar moet beschouwd worden als deel uitmakend van de eindejaarstoelage 2020. De referentieperiode voor het supplement is dezelfde als voor de eindejaarstoelage 2020.

 

Artikel 2

Van onderhavige beslissing wordt een beknopte omschrijving opgenomen in de lijst die in het kader van het bestuurlijk toezicht en in het kader van de bekendmakingsverplichting via de webtoepassing van de gemeente wordt bekendgemaakt door de voorzitter van het college van burgemeester en schepenen.